Afscheid van de Bromtol, overspoeld door kuddedieren en dikke billen op het strand.

We slingeren de Bromtol al vroeg aan want we gaan afscheid nemen van Kralendijk. Dat doen we natuurlijk in stijl met een ijskoffie met caramelsaus en slagroom. Maar o jeetje, we zien ze al van verre lopen….de kuddedieren. Een enorm schip siert de aanlegsteiger van Kralendijk.

En dat betekent dat er ongeveer 3000 kuddedieren door de kapitein gedropt zijn. Dan is Kralendijk een bruisend geheel met allerlei kraampjes om de kuddedieren te paaien. De ober van Karelse is werkelijk in alle staten en kan de hoeveelheid klandizie gewoon niet aan. Dit resulteert in een chagrijnige ober die het overzicht totaal aan het verliezen is. We bestellen onze ijskoffie en twee glazen water. Dat water moet nog steeds gebracht worden. Neemt niet weg dat we hebben genoten. Vooral van al die kuddedieren. Naamkaartje op de buik, rugzak op de rug, heuptasje op de heupen, ( not done) hoed op en veel lawaai…praten, praten, praten. Dat knauwende praten.

Neemt niet weg dat wij genieten van het bruisende geheel wat deze kuddedieren teweeg brengen in Kralendijk zelf. Alles leeft echt en zijn er geen kuddedieren, kun je een kanonskogel afschieten en raak je niemand. Zo stil is het dan. Maar goed, we hebben nog een belangrijke klus voor de boeg. De Bromtol moet volgetankt worden en wij zijn nooit zo goed met tanken in het buitenland. We vinden het al knap dat we überhaupt een tankstation kunnen vinden want vorig jaar hebben we een uur rondjes gereden voordat we een tank konden vinden. En dat op zo’n klein eiland. Maar nu zijn we er vele malen sneller en we hebben geleerd van vorig jaar.

We weten feilloos de knop te vinden om de tankdop te openen. Maar het betreft een automaat waar je een pasje in moet stoppen, maar we zien geen gleuf. Dus vraag ik dat even aan de meneer die achter ons staat te wachten. Meneer, zeg ik, ik kan de gleuf niet vinden. Okay, zegt hij, maar daar blijft het bij. Dan zie ik het loket waar je ook kunt betalen met je pasje en huppel ik daar vrolijk naar toe. Ik geef mijn pasje af aan big mama achter de tralies en hoop van harte dat ik deze ooit weer terug krijg. Alles wat er gebeurt….er komt geen benzine uit de pomp. Oh, we moeten nog een hendel overhalen, herinner ik me van vorig jaar. Wat een gedoe zeg. Er komt benzine uit. Hoera! Helaas, raak ik de handel opnieuw aan en stopt de benzine-uitgifte op 32 dollarcent. Das niet goed. Ik weer naar big mama achter de tralies met het verzoek om pomp twee nogmaals vrij te gooien en dat lukt. Voor veertig dollar hebben we drie weken met de Bromtol in de rondte gereden. Zuinige Tinus! We hobbelen de bobbelen weer terug naar het hotel en parkeren onze vriend netjes in het vak en kloppen hem nog even op de motorkap. Vanmiddag om 18.00 uur wordt de vrolijkerd weer opgehaald en mag iemand anders er mee sputteren.

Het is vandaag dikke billendag. Ik kan natuurlijk geen foto’s nemen van alle billen die aan mij voorbij zijn gevlogen in de vakantie, maar ik kan je verzekeren dat we rijkelijk bediend zijn en ons met open mond hebben zitten vergapen. De Antilliaanse billen zijn echt niet te missen. Ik heb me er eens in verdiept en het schijnt een teken van welvaart te zijn. Ik ben ook behoorlijk welvarend, maar voor dikke billen hoef je mij niet te bellen.

Ik zie er alleen een hoop nadelen van.

Het is een problematische zaak als je een jeans wilt dragen met die dikke kont van je, want zonder slag of stoot kom je er niet in.

Het kiezen voor een mini jurk is een buitengewoon kansloze zaak. Met het hebben van een grote kont moet een jurkje altijd lang zijn. Grote billen rekken de stof namelijk uit en daardoor wordt een mini dress bijna een erotische show.

Hoe onwerkelijk dit ook klinkt, dikke billen worden door mij geassocieerd met overgewicht. Overgewicht wordt geassocieerd met gulzigheid of vraatzucht en dat is nou net waar ik niet van hou.

Het passeren tussen de tafeltjes in een restaurant is te vergelijken met het inparkeren in een krap vak in Amsterdam. Een proces waarbij je graag de tijd neemt, want je zou maar zo de glazen van tafel om kunnen stoten.

Het dragen van een bikini op het strand of in het zwembad is altijd een hel, omdat een bikinibroek geen centimeter meer kan stretchen om ook nog eens je bilnaad te bedekken.Aan de ongemakkelijke opmerkingen ben je inmiddels al gewend geraakt: big billie, dikbil, krokobil, kon je broek niet strakker”, “nee je hebt geen holle rug, maar een enorme bil”

En een string zit nooit zoals die hoort te zitten. Zo, dat is er weer uit bij mij. Neemt niet weg dat de Antilliaanse man er dol op is. Precies de reden waarom ik niet in de prijzen val bij de Bonairianen. Gelukkig ben ik met de leukste getrouwd en die doe ik nooit meer weg. Wel hangt er altijd een dreiging boven mijn hoofd dat ik nog eens op Marktplaats wordt gezet, maar tot nu toe is dat in 35 jaar tijd nog niet gebeurd. We sluiten onze vakantie af met een heerlijk diner in de Beach bar.

Het was weer een onvergetelijke tijd waarin we veel gelachen en geluierd hebben, maar ook weer veel gezien hebben. Morgenavond gaan we weer de lucht in en hopen we donderdag weer op Nederlandse bodem te landen. Ook weer zin in om de kinderen en kleinkinderen te zien en niet te vergeten onze Gijs!


Eén reactie op “Afscheid van de Bromtol, overspoeld door kuddedieren en dikke billen op het strand.”

  1. Een afscheid in stijl: gleuven en billen. Het moet niet gekker worden! Fijne reis terug!

    Like

Plaats een reactie